ANALYSE | De Graafschap heeft op veel fronten gefaald

De hartstochtelijke steun van de trouwe aanhang is waarschijnlijk nog één van de weinige lichtpuntjes dit seizoen bij cultclub De Graafschap. De supporters waren er altijd, in goede en in bar slechte tijden. Negentig minuten zingen en schreeuwen, of het nu in Maastricht was of op een doordeweekse avond in Wijdewormer.

Diezelfde supporters, vooral de jongens van de SpinSide, zijn echter ook dominant aanwezig bij De Graafschap als er geen bal rolt. De invloed van de zogeheten harde kern is niet te onderschatten in Doetinchem. Insiders binnen de club spreken van een 'groeiende macht en een mogelijk gevaarlijke ontwikkeling.'

Veelzeggend was de actie van zingende supporters in februari die gewapend met fakkels, boren, planken en stijgers het plein van De Vijverberg bestormden. In luttele minuten prijkte een bord van meer dan 10 meter aan de gevel van het stadion: Wi-j doet't samen of wi-j doet 't niet. De plaat hangt er nog altijd.

Aanleiding voor het dwingende statement was een noodkreet van de fans richting het kabinet om de stadions tijdens de pandemie weer vrij te geven voor publiek. Een flinke groep marcheerde tijdens het duel met Telstar via een achterdeur de lege Vijverberg binnen en stond met tekst en geluid minutenlang op de Spinnekop. De directie wist nergens van.

Een paar weken later besloot de politiek voetbalstadions voor een derde deel open te stellen, maar de fanatieke supportersgroeperingen zagen daar niets in. Het was iedereen naar binnen of niemand. De Graafschap besloot daar op dat moment geen gehoor aan te geven, waar ook weer veel voor te zeggen viel.

Een ander voorbeeld van de macht van sommige supporters bij de Superboeren is dat de voorman van Brigata Tifosi direct na afloop van weer een teleurstellende thuiswedstrijd dit seizoen (0-0 tegen FC Den Bosch) het veld op kwam om spelers agressief toe te spreken. Aanvoerder Ted van de Pavert was verbijsterd dat dit kon. De man kreeg geen stadionverbod en ook dat zegt veel.

Maar er was meer onrust dit seizoen bij De Graafschap. Prestaties zijn in het profvoetbal altijd leidend en bepalen de sfeer en en rondom de club. Die prestaties waren ver ondermaats. Reinier Robbemond begon als nieuwe trainer uitstekend, maar opereerde ook solistisch waardoor er een wig werd gedreven in de staf van de opleiding en het eerste.

Het voetbal werd ondertussen steeds saaier en slechter en de relatie met een aantal spelers zakte mee naar een zorgelijke toestand. Toen de supporters nog wat extra olie op het vuur gooiden op bezoek bij NAC en Roda JC en ook voorzitter Martin Mos een dodelijke duit in het zakje deed op Twitter, viel het doek voor Robbemond meteen.

Clubicoon Jan Vreman bracht de rust terug, benadrukte het belang van samenwerken, maar kon uiteindelijk ook niet voor een kentering zorgen. De prestaties bleven ook onder Vreman teleurstellend en na een wonderlijke plaatsing voor de play-offs vloog een falend De Graafschap er tegen FC Eindhoven direct uit.

Achter de schermen liep alles ook al niet op rolletjes. Financieel directeur Remon Enting miste visie en leiderschap bij De Graafschap, botste net als technisch manager Peter Hofstede met algemeen directeur Hans Martijn Ostendorp en verliet zijn grote liefde voor Heracles Almelo. Hofstede kreeg in een kort gesprekje met Ostendorp te horen dat hij moest vertrekken. Maar ook in andere geledingen van de club broeide het. Roddels, intriges en achterklap kenmerkten met regelmaat de gemoedstoestand op de werkvloer.

De Graafschap heeft een verloren seizoen achter de rug. Vrijdagavond eindigde een dramatische jaargang in mineur in het Jan Louwers Stadion in Eindhoven. Voor het vierde jaar op rij wordt vanaf augustus gevoetbald in de eerste divisie en dat is een fikse tegenvaller. De financiële gevolgen lijken vooralsnog mee te vallen. Directeur Ostendorp verwacht stabiliteit.

Het samenstellen van een nieuwe, sterkere selectie is nu van essentieel belang. Veel contracten lopen af, een hoop spelers vertrekken. Het is tijd voor een grote schoonmaak in de selectie die onevenwichtig werd samengesteld. Waar de andere (top)clubs een scorende spits in huis hadden, ontbrak die bij De Graafschap. Ook een portie creativiteit had de ploeg ongetwijfeld nog wat geholpen. Maar uiteindelijk kwam De Graafschap simpelweg kwaliteit tekort.

Met wereldburger Alexander Büttner heeft De Graafschap zijn eerste verrassende slag op de markt geslagen. De 33-jarige Doetinchemmer mocht een contract tekenen voor drie jaar. De voormalig speler van onder meer Manchester United en Vitesse kan een uithangbord worden van cultclub De Graafschap, maar zijn komst is ook een risico.

De nieuwe technisch manager Peter Bijvelds is niet te benijden. De Graafschap is, gezien de trouwe aanhang en het fraaie stadion, een club die moet meespelen om de prijzen. Dat vinden ze zelf ook. Nog een belabberd seizoen zoals nu, kan de Achterhoekse trots zich niet meer permitteren.