Arnhem en omstreken / Rivierengebied
Kind (2) slikt GHB, werkstraf geëist tegen ouders

ARNHEM - Een werkstraf van 180 uur. Dat hebben een man en vrouw van 23 jaar uit Velddriel en Kamerik donderdag tegen zich horen eisen voor de rechtbank in Arnhem. Volgens het Openbaar Ministerie zijn zij schuldig aan het veroorzaken van zwaar lichamelijk letsel bij hun tweejarige dochter.
Duidelijk aangedaan zitten de moeder en stiefvader met hun advocaten in de zittingszaal. De vrouw is zenuwachtig en geeft aan dat ze heel erg tegen de behandeling van de zaak tegen haar en haar toenmalige partner opziet. De rechtbank reageert begripvol. Als het nodig is wordt er geschorst. De man begint te huilen voor hij zijn verhaal doet. Het tweetal wil vanaf het begin duidelijk maken: ze hebben heel veel spijt en het gaat hen niet nog een keer overkomen.
Op maandag 2 mei vorig jaar merkt de moeder dat haar 2-jarige dochter slap wordt en niet meer reageert. Ze belt 112. Het kind wordt met spoed overgebracht naar het ziekenhuis. Het is niet helemaal duidelijk wat er met haar aan de hand is en ze krijgt een infuus en later een beademingsbuisje. Uren later wordt ze wakker. Uit onderzoek blijkt dan dat er GHB in haar bloed en urine is aangetroffen. "Het was kantje boord", zegt de rechtbank.
Verboden harddrug
De vraag is dan hoe het meisje aan GHB is gekomen, een verboden harddrug dat een verdovende werking heeft en in doorzichtige plastic buisjes wordt bewaard. De stiefvader heeft de GHB twee dagen eerder gekocht om mee te feesten en had het flesje naderhand op een verhoging gezet. "Het stond 1,60 meter hoog. Tot op de dag van vandaag snap ik niet hoe ze het flesje heeft kunnen pakken", zegt de man. Maar dat heeft het kind wel gedaan en de inhoud werd haar bijna fataal.
Moeder vertelt dat ze dacht dat haar partner het flesje GHB had weggegooid. Zij gebruikte af en toe GHB, haar partner veel vaker. Ze zeiden eerst tegen de politie dat het meisje morfine binnen had gekregen. Dat lag met andere spullen uit het medicijnkastje op de grond in de badkamer. Ze waren bang dat als duidelijk werd dat het om een illegale drug ging - dat zij hadden gekocht om te feesten - de kinderen van hen afgepakt zouden worden. Het stel heeft ook een zoontje.
Uit huis geplaatst
Toch is uiteindelijk gebeurd waar de ouders voor vreesden: de kinderen zijn bij hen weggehaald. Het jongetje woont bij de ouders van de man, het meisje bij de ouders van de vrouwelijke verdachte. Hun relatie is inmiddels ook voorbij. De vrouw heeft een lichamelijke toestand dat iets weg heeft van epilepsie en ze lijdt ook aan depressies. Ze staat op een wachtlijst voor onderzoeken, want sinds de geboorte van haar kinderen gaat ze cognitief hard achteruit, zegt haar maatschappelijk werker.
Haar ex-partner heeft een kort strafblad en zit inmiddels in een leertraject om elektricien te worden. De reclassering maakt zich zorgen om zijn drugsgebruik en wil dat er een behandeling komt. Hij krijgt inmiddels al hulp om zijn dagen in te delen en door te komen. Aan het eind van de zitting wordt aan de man gevraagd of hij nog iets wil zeggen. "Ja, dat wil ik. Ik voel me heel erg schuldig. Dit had nooit mogen gebeuren."
De rechtbank doet op 14 september uitspraak.