Brandweer speurt vanuit vliegtuigje naar natuurbranden

Een brandje in het bos of op de hei kan al snel heel groot worden, stelt natuurbrandspecialist Klaas Noorland van de veiligheidsregio. "Natuurbranden zijn grillig en moeilijk te bestrijden. Zeker bij harde wind is een natuurbrand onvoorspelbaar."

De brandweer rukt in droge periodes uit voorzorg met extra mensen en materieel uit als er een brandje wordt ontdekt. Met gemeenten, recreatiebedrijven, natuurbeheerders en Defensie zijn afspraken gemaakt over het voorkomen en indien nodig bestrijden van branden. Zo wordt er onder andere minder brandgevoelige beplanting gebruikt en zijn er vluchtplannen gemaakt.

Op de drie noordelijke provincies na geldt nu in heel Nederland de hoogste alarmfase voor het risico op natuurbranden. In deze zogeheten fase 2 wordt recreanten gevraagd goed op te letten in de natuur. Roken wordt afgeraden. Autobezitters moeten hun voertuig niet met een hete katalysator in droog gras parkeren. Verder kan zon op glas een brandje veroorzaken. Glas moet daarom in de prullenbak worden gegooid.

Veel terreineigenaren en gemeenten verbieden open vuur, vuurkorven, wensballonnen en fakkels. Vaak wordt barbecueën op vakantieparken verboden. Kampeerders moeten een blusdeken, een tuinslang of een emmer water bij de hand houden, raadt de brandweer aan.

Wie iets verdachts in de natuur ziet, moet meteen 112 bellen. Als er al brand is, kunnen mensen het beste zo snel mogelijk naar een openbare weg lopen. De brandweer adviseert om haaks op een brand te vluchten, zodat de kans kleiner is om ingehaald te worden door het vuur.