Gelderland heeft stikstofplannen niet op tijd klaar en wijst naar Den Haag

Natuurminister Christianne van der Wal wil op 1 juli van alle provincies weten hoe de plannen voor het landelijk gebied, inclusief de voorgenomen stikstofbeperking, er op hoofdlijnen uit gaan zien. Gelderland, de grootste provincie met de grootste landbouw- en stikstofopgave, slaagt daar dus niet in.

De oorzaak zoekt Gelderland bij de rijksoverheid. “Het is nodeloos complex. Dat is heel vervelend en zorgt voor veel onrust", stelt gedeputeerde Peter Drenth. Gelderland zit er volgens hem "als een soort schild tussen' en probeert een eigen koers vast te houden.

Die koers herhaalt Drenth waar hij ook maar komt. “Wij willen zelf aan het stuur zitten. Het moet niet alleen om de problemen gaan, maar de focus moet zijn waar we naar toe gaan en hoe we zorgen voor een gezond landelijk gebied met perspectief voor de mensen die daar wonen en werken."

Gelderland gaat de minister in juli wel een overzicht sturen van (stikstof)plannen waar de provincie al jaren aan werkt. Om die plannen definitief te kunnen maken, op zijn vroegst aan het eind van dit jaar, is cruciale, nog ontbrekende informatie van het Rijk nodig, aldus Drenth. "Zoals een landbouwakkoord, een regeling voor de piekbelasters en uitwerking van de paden voor boeren die blijven." Al die zaken zijn nog niet door het kabinet geregeld. Er is ook veel geld voor nodig, aldus de bestuurder, en ook daarover bestaat nog geen duidelijkheid.

De provinciale plannen gaan uit van 2035, dan moeten de stikstofdoelen worden gehaald. Maar het kabinet wil dat die doelen al in 2030 zijn gerealiseerd. Drenth: “Maar wij focussen ons niet op wensen, de wet is leidend. En daar staat in dat die doelen in 2035 gehaald moeten worden."

En als Gelderland de plannen dan uiteindelijk indient, dan is daarvoor geld nodig. Het kabinet wil een stikstoffonds van 24 miljard euro. Een berekening van wat Gelderland nodig heeft, wil Drenth niet maken. "Maar als het kabinet denkt dat het geregeld kan worden voor een miljard of twee, dat is zo’n naïef laag bedrag, daar ga ik niet eens voor naar Den Haag.”