Plat praot-les voor basisschoolkinderen razend populair

"Er is duidelijk behoefte aan, er doen heel veel scholen aan mee", vertelt projectleider Diana Abbink in het Radio Gelderland-programma Lunchpauze. "Daarom geef ik zelf ook extra lessen. "Kinderen komen zo in aanraking met de taal die hun ouders en opa en oma met elkaar spreken. Ze vinden dat hartstikke leuk."

In de les leren kinderen Achterhoekse dialectwoorden als spiekerbokse (spijkerbroek), greuts (trots), krang (binnenstebuiten of verkeerd om), gaffeltange (oorwurm), pogge (big) en traöne (tranen).

Voor kinderen van 8 tot 10 jaar wordt de Wiesneus-les speels gehouden. "Een quizje, een rebus, het voorlezen van verhalen, zelf een stukje lezen, puzzel oplossen, maar ook muziek", legt Abbink uit.

Doel is het behoud van de Nedersaksische taal. "Die hoort bij de regio. Meertaligheid wordt nu meer gezien als nuttig bij taalontwikkeling. Dus ook om Frans, Duits, Turks of Marokkaans te leren." Kinderen die tweetalig zijn opgevoed hebben later ook minder moeite met het aanleren en spreken van andere talen.

Er wordt niet alleen les gegeven aan kinderen. "Er is ook een cursus Achterhoeks voor volwassenen. Die zit helemaal vol. Ook met mensen die uit het westen in de Achterhoek zijn komen wonen, de streek willen leren kennen en een woordje mee willen spreken", weet Abbink.