Arnhem en omstreken

De hele stad ijsvrij maken: wat kost dat? Vijf vragen en antwoorden

De ene gemeente maakt meer straten sneeuwvrij dan de andere
De ene gemeente maakt meer straten sneeuwvrij dan de andere © Omroep Gelderland
Hoe glibberig is het bij jou in de buurt, nu het weer vriest en zelfs hier en daar gesneeuwd heeft? Durf je in de auto te stappen omdat de weg gestrooid is? Heeft jouw gemeente een beetje fanatiek gestrooid? Vijf vragen en vijf antwoorden over gladheidsbestrijding.
In een normale winter rukt een gemeente gemiddeld 28 keer per jaar uit om wegen te strooien. Gemeenten zijn dat bij wet verplicht, want 'tot de zorg voor het in goede en veilige staat verkeren van de wegen behoort ook het bestrijden van gladheid van deze wegen'. Maar gebeurt dat in iedere gemeente eigenlijk even slim? Omroep Gelderland vergeleek daarvoor de gladheidsbestrijding in de vier Gelderse gemeenten met meer dan 100.000 inwoners: Apeldoorn, Arnhem, Ede en Nijmegen.

Wat kost dat nou, een stad ijsvrij maken?

Nijmegen geeft per inwoner het hoogste bedrag uit aan gladheidsbestrijding: ruim 1,1 miljoen euro per jaar. Dat is 6,50 euro per inwoner. In Arnhem kost het 5 euro per inwoner, in Apeldoorn iets meer dan 4 euro en in Ede zijn ze dik 3 euro per Edenaar kwijt. In Nijmegen kost de gladheidsbestrijding dus twee keer zoveel als in Ede. Die bedragen zijn trouwens een gemiddelde, want in strenge winters kan de gladheidsbestrijding wel dubbel zo duur uitpakken als in kwakkelwinter.

Hoeveel meter wegdek strooien gemeenten eigenlijk?

Gemeenten kunnen niet alle wegen strooien, dat zou onbetaalbaar worden. Daarom strooien ze vooral doorgaande wegen en wegen die wijken ontsluiten. Gemeenten moeten een afweging maken op hoeveel wegen ze de gladheid bestrijden. Vergelijken we de gestrooide kilometers wegdek met de totale lengte van alle wegen binnen een gemeente, dan strooien de gemeenten Arnhem en Ede het minst.
Van iedere kilometer weg wordt daar 375 meter gestrooid. In Nijmegen strooien ze de helft van het wegdek, 505 meter per kilometer. En in Apeldoorn strooien ze het in verhouding het meest, 535 meter per kilometer.

Is meer gestrooide meters weg dan beter?

Niet per se, want strooizout is slecht voor de natuur. Een gemeente wil dus zo min mogelijk strooien om geld én groen te sparen, maar toch voldoende veiligheid bieden. Daarom gaan gemeenten pas strooien als de kans op gladheid groot is. Ook strooien de meeste gemeenten tegenwoordig met pekel, een mengsel van zout met een klein beetje water waardoor het vastplakt aan de weg. Het zout blijft dan beter liggen en er kan nauwkeuriger gestrooid worden. Daardoor is er minder zout nodig en dat is beter voor plant en dier.

Maar hoe weet ik nu of een gemeente een beetje kwaliteit levert?

Er zijn geen landelijke richtlijnen over hoe gemeenten de gladheidsbestrijding moeten aanpakken. Ze mogen zelf bepalen welke prioriteiten ze daarbij stellen. Om gemeenten onderling te kunnen vergelijken, berekenden we voor iedere gemeente de gemiddelde afstand die een inwoner moet afleggen voordat hij bij een gestrooide weg is. Inwoners van Apeldoorn zijn dan het beste af. Daar is de gemiddelde afstand tot een gestrooide weg hemelsbreed 72 meter. In Nijmegen is het 95 meter, in Ede 114 en in Arnhem is het 118 meter. Dat is 46 meter meer dan in Apeldoorn.

Alles gewikt en gewogen, welke gemeente komt dan als beste uit de bus?

Kijken we naar de beste prijs/kwaliteitverhouding, dan moet dat Apeldoorn zijn. Voor iets meer dan 4 euro per inwoner zorgen ze ervoor dat een inwoner de kortste afstand moet overbruggen naar een gestrooide weg. Een Nijmegenaar is ook snel bij een gestrooide weg, maar betaalt daar wel 2,50 euro méér voor. Een inwoner van Ede is dan weer het minste geld kwijt, maar moet ver glibberen. En het slechtst af zijn ze in Arnhem: daar betalen ze met 5 euro per inwoner relatief veel, maar is de afstand naar een begaanbare weg toch het grootst.
Bij het zoutdepot in Apeldoorn legt de coördinator gladheidsbestrijding uit hoe een gemeente de keuze maakt wanneer en waar te strooien.
Zo wordt bepaald waar wél en níet wordt gestrooid
Verantwoording: Omroep Gelderland vroeg bij de gemeenten digitale bestanden van de strooiroutes op. Op basis hiervan bepaalden we voor iedere postcode de afstand naar een gestrooide weg en het aantal inwoners van die postcode. Hiermee berekenden we vervolgens een gemiddelde afstand. De afstand naar een gestrooide weg is om praktische redenen hemelsbreed berekend. Dat zal in sommige gevallen voor een kleine afwijking zorgen, maar in vergelijking tussen gemeenten geeft dit toch een betrouwbaar beeld. Gestrooide fietspaden zijn in deze vergelijking niet meegenomen. De kosten voor gladheidsbestrijding zijn bepaald door een gemiddelde te nemen van de door gemeenten gemaakte kosten in de afgelopen vijf jaren.