De eikenprocessierups doet het niet goed meer en dit is waarom

Er zijn verschillende manieren om te meten hoe het gaat met de eikenprocessierups, legt bioloog Arnold van Vliet uit. "We doen dat enerzijds door tijdens het rupsenseizoen te tellen hoeveel nesten er in de bomen zitten. Nog beter is te kijken hoeveel vlinders er vliegen aan het einde van de zomer en in het begin van het najaar", aldus Van Vliet. "Dat kun je meten met feromoonvallen, met daarin seksstoffen."

"Op die manier tellen we al heel wat jaren hoeveel vlinders er zijn. En daar zien we dit jaar dat er van een aantal vlinders zo'n 65 procent minder is dan in het vorige jaar. Een flinke afname, dus. En dat zagen we vorig jaar ook al. We zijn inmiddels weer terug op het niveau van 2013."

Er zijn verschillende oorzaken van de afname. Zo waren afgelopen voorjaar de omstandigheden voor het bespuiten van de nesten gunstig, zijn veel nesten op tijd verwijderd en heeft de rups inmiddels meer last van vogels en sluipwespen.

De onderzoekers hopen dat het bestrijden van de rupsen met gif volgend jaar wordt beperkt tot een minimum, omdat die methode ook nadelige effecten heeft. "We zien dat meer gemeenten inmiddels proberen de rups te bestrijden met natuurlijke vijanden", zegt Van Vliet.

De overlast van de jeukrups bereikt komende zomer een aanvaardbaar niveau, verwachten de onderzoekers. Van Vliet waarschuwt wel dat een deel van de eikenprocessierupsen in de grond is getrokken en daar op zeker moment weer uit zal komen. "Wanneer dat is, is nog even de vraag."