Achterhoek

'Dood gaan we allemaal', dat zeg je niet bij kanker - maar dít wel

Concrete hulp kan bij kanker meer betekenen dan woorden.
Concrete hulp kan bij kanker meer betekenen dan woorden. © Pixabay
Kanker. Makkelijk is omgaan met die rotziekte nooit. Voor patiënten natuurlijk die er zelf mee te maken krijgen, maar ook voor mensen in hun omgeving. De juiste woorden vinden is niet altijd eenvoudig. Soms zeg je zelfs onbedoeld iets stoms, zoals 'dood gaan we allemaal' of 'gelukkig heb je je wenkbrauwen nog'. Gepensioneerd internist-oncoloog Erik Muller schreef de do's & don'ts op.
Als arts van het Doetinchemse Slingeland Ziekenhuis moest Erik Muller zijn patiënten maar al te vaak slecht nieuws vertellen. "In het begin probeerde ik dan vooral heel eerlijk en heel duidelijk zijn", zegt hij in het praatprogramma de Week van Gelderland van Omroep Gelderland. "Een mooi idee, maar het effect moet niet zijn dat mensen als een geslagen hond de spreekkamer verlaten." In het vervolg van zijn medische carrière leerde Muller dat het vooral belangrijk is om op de juiste golflengte van kankerpatiënten te zitten.
Kijk hier naar de Week van Gelderland met Erik Muller
De Week van Gelderland

Dit kun je doen...

Simpel is dat lang niet altijd. Kanker kan immers een slopende ziekte zijn, een aankondiging van sterfelijkheid die ons woorden ontneemt. En dat is te begrijpen, vindt Muller. "Maar als je bijvoorbeeld echt niet wat je tegen iemand met kanker moet zeggen, zeggen dát dan. Je kunt rustig zeggen dat je het even niet weet. En verder: hou het klein. Vraag niet hoe het gaat, maar vraag hoe het vandáág gaat."
Denk verder ook vooral na over wat je voor iemand kan betekenen, is het advies van de gepensioneerde arts. "En zeg dan niet 'als ik iets voor je kan doen, bel me dan maar.' Maar bied meteen iets concreet aan, zoals wat te eten klaarmaken, de kinderen vermaken of meegaan naar een bestraling. Met dat soort dingen bied je echt praktische hulp."

... en dit beter niet

Ongevraagd gezondheidsadvies geven, dat doe je beter niet. En direct beginnen over iemand anders die óók kanker heeft, is eveneens niet aan te raden. Hetzelfde geldt voor de goedbedoelde tip om 'positief te blijven' of 'te vechten'.
Maar het allerergste dat je kun doen? "Niets", zegt Muller. "Niets doen is het ergste. Als je hoort dat een familielid of een bekende kanker heeft, dan verwacht diegene dat je reageert. En als de relatie je iets waard is, dan doe je dat ook. Het komt alleen te vaak voor dat mensen niet reageren omdat ze gewoon niet weten wat ze moeten zeggen of doen."
Het boek 'Gelukkig heb je je wenkbrauwen nog!' biedt daar dus uitkomst. Het leverde Muller positieve reacties op, waarvan 'fijn dat iemand het eindelijk opschrijft" er slechts één was. "Patiënten willen er doorgaans niet te veel over klagen, maar ze komen het toch allemaal tegen", aldus de arts.
Nog wat do's
-Goed luisteren
-Lichamelijk contact
-Er simpelweg zijn voor iemand
-Steun waar je kan de keuzes van een patiënt

En een heel stel don'ts
-Een kaartje sturen met 'beterschap' er op
-Gissen naar de oorzaak: "Heb jij eigenlijk gerookt?"
-"Kop op, ze kunnen veel tegenwoordig"
-"Ik ken iemand die het nog veel erger heeft"
-"Gelukkig hoef je geen chemo"
-"Dood gaan we allemaal"