Rivierengebied
Mooi erfgoed of zonde van het fruit? Vijf vragen over het Fruitcorso
TIEL - Het Fruitcorso in Tiel barstte zaterdag weer los. Voor wie het corso niet zo goed kent beantwoorden we vijf prangende vragen: waarom doen die Betuwenaren dat eigenlijk? En is het niet een beetje zonde van dat kostelijke fruit?
De historische zestigste editie liet twee jaar op zich wachten en dus zijn de verwachtingen hooggespannen. Hoog tijd om er eens in te duiken.
Waar komt het Fruitcorso vandaan?
Het Fruitcorso komt uit de koker van Bernhard Bruggeman (1896-1978). Bruggeman had een drukkerij in Tiel. Hij schreef een column, bespeelde het orgel van de Sint Maartenskerk en was als katholiek voorman zeer maatschappelijk betrokken, onder meer met de middenstandsvereniging. In de jaren vijftig van de vorige eeuw broedde hij op een festijn om Tiel op de kaart te zetten.
In de bioscoop zag hij een filmpje over een corso met reusachtige praalwagens met fruit en bloemen in de Amerikaanse staat Florida. Al in 1954 ijverde hij in het bestuur van de VVV Tiel en omstreken om zo'n corso te organiseren. In 1959 was er een eerste, weinig succesvolle poging met een fruitshow door het Comité Betuwe Fruitland. Uiteindelijk duurde het tot 1961 voor het eerste echte fruitcorso verscheen. Tot op de dag van vandaag georganiseerd door de stichting 4-Stromenland.
Is het Fruitcorso uniek?
Volgens de organisatoren wel: "Er worden nergens in de wereld zulke prachtige corsowagens vervaardigd van groenten en fruit." Dat kan zo zijn, wereldwijd zijn er wel meer fruitcorso's met praalwagens. Zoals het citroenfestival in Menton (Frankrijk). In de Verenigde Staten en Azië zijn ook diverse fruitfestivals. Feit is dat de Nederlandse corsocultuur door Unesco tot werelderfgoed is verklaard. Dat zijn diverse bloemencorso's en maar één fruitcorso.
Eigenlijk heeft Tiel het evenement wel een beetje afgekeken van een Zeeuwse voorganger. In Goes werd in 1955 ter afsluiting van de feestweek al een fruitcorso gehouden. Met een oogstfee en twee hofdames werd veel promotie gemaakt voor de plaats als koopcentrum en voor de consumptie van fruit. Tiel nam dat idee over. Het corso in Goes bleek minder draagvlak te hebben. Groepen bouwers haakten af en in 1968 werd er het laatste corso gehouden.
Sorry, fruit én groenten?
Ja, anders dan de naam doet vermoeden worden er bij het Fruitcorso ook veel groenten gebruikt. Er is een grote verscheidenheid aan producten toegestaan. De regel is eigenlijk dat het om groenten en fruit moet gaan die in Nederland geteeld worden. Heel streng wordt daar niet op toegezien. Er worden bijvoorbeeld druiven of kumquats gebruikt die echt niet uit Nederland komen, maar bananen of ananassen zal je niet snel zien.
In de loop der jaren zijn de bouwers met steeds meer materialen aan de slag gegaan, zoals allerlei zaden, bonen, spliterwten, wilde siervruchtjes en rietpluimen. Dit geeft de mogelijkheid om praalwagens veel meer detail, verschillende structuren en kleurnuances te geven. Je kunt dan ook wel stellen dat het Fruitcorso visueel het aantrekkelijkste corso van Nederland en misschien wel in de wereld is.
Hoe zit het met dat draagvlak in de Betuwe?
Het idee om verschillende plaatsen in de regio praalwagens te laten bouwen en hen zo tegen elkaar op te laten bieden, heeft heel goed uitgepakt. In de Betuwse dorpen en steden is rond het corso een sterke verenigingsstructuur ontstaan. Organisatie 4-Stromenland geeft aan dat er in totaal zo'n vijfduizend vrijwilligers actief zijn rond het corso.
Het bouwen van jeugdwagens zorgt daarbij voor een goede aanwas. Zo worden er dit jaar achttien wagens gebouwd, waaronder zeven jeugdwagens. Er is natuurlijk een gezonde concurrentie tussen de clubs, maar ook veel collegialiteit. Zo is het in de hectische laatste dagen van het bouwen gebruikelijk dat clubs elkaar helpen met materialen die zij tekortkomen of over hebben.
Is het gebruik van zoveel fruit en groenten geen verspilling?
De gemiddelde corsoliefhebber wordt een beetje moe van deze vraag. Als jij met een fijne club het hele jaar door werkt aan de mooiste wagens en daar je ziel en zaligheid in legt, zodat heel veel mensen daarvan kunnen genieten, past een term als verspilling niet. Je kunt daarbij opperen dat er - zeker in deze contreien - een voedseloverschot is, waarbij grootschalige verspilling aan de orde van de dag is. Het is de economische verdeling waarbij het soms knelt. Door bijvoorbeeld overschotten aan de voedselbank te schenken, helpen corsoclubs juist bij dit probleem.
Neemt niet weg dat het veel mensen aan het hart gaat om juist het mooiste voedsel op die manier gebruikt te zien. Het is natuurlijk ook niet bepaald duurzaam om groenten en fruit met kit vast te plakken en rond te rijden, waarna er niets anders rest dan het weg te gooien. Dit jaar doet er daarom voor het eerst een duurzame corsowagen mee, die gebouwd wordt met natuurlijke lijm. Het fruit kan daarmee hergebruikt worden. Leerlingen van het RSG Lingecollege tekenden voor het ontwerp en geven daarmee richting aan de toekomst van het corso. Want het lijkt erop dat zij als nieuwe generatie het oude wegwerpcorso uiteindelijk ook niet blijven tolereren.
Omroep Gelderland zond het Fruitcorso live uit. Kijk het hier terug.