Arnhem en omstreken / Stedendriehoek

De oude N50 was berucht: 'Ik vergeet die beelden nooit meer'

Verkeer op de oude N50 tussen Apeldoorn en Arnhem.
Verkeer op de oude N50 tussen Apeldoorn en Arnhem. © archief Omroep Gelderland
ZEVENAAR - Herinneringen zat aan de oude weg tussen Arnhem en Apeldoorn, voordat het verkeer over de A50 raasde. Maar er waren er ook zovelen die de nieuwe snelweg - die maandag weer opengaat na een fikse opknapbeurt - nooit zouden meemaken. "Raakte je van de weg, dan was het mis, de bomen stonden zo dicht op elkaar."
Hermann de Warle uit Zevenaar werkte vanaf 1965 jaren als verkeersagent voor de gemeentepolitie in Arnhem op de oude N50. De Warle (nu bijna 85 jaar) deed diensten op de motor. "Op even dagen deden wij de N50 en de gemeentepolitie in Apeldoorn deed de afwikkeling op de oneven dagen. Het was er zo druk, er stond elke dag een file", herinnert De Warle zich. "Alleen 's nachts kon je een beetje normaal doorrijden. We moesten onder meer de verkeerskasten bij de Apeldoornseweg bedienen, zodat we invloed hadden op rood en groen."
En als er geen file stond, dan was de N50 een dodenweg, weet de Zevenaarder. "Mijn geheugen is niet zo goed meer, maar er vielen volgens mij soms wel acht doden per jaar."
Hermann de Warle regelt het verkeer na een ongeluk.
Hermann de Warle regelt het verkeer na een ongeluk. © Eigen foto
Scherprechters waren de bomen. De oud-motoragent: "Raakte je van de weg, dan was het mis, de bomen stonden zo dicht op elkaar dat ertussendoor schieten niet kon. Dat ging gewoon niet."

'Je stond minuten voor de kruising'

Jan Put (76) werkte veertig jaar voor een transportbedrijf in zijn woonplaats Eerbeek, daarvan zat hij er meer dan dertig op een vrachtwagen. "Hoe vaak ik wel niet heb stilgestaan op de kruising van de Groenendaalseweg om de N50 op te draaien", blikt de oud-trucker terug die in 2005 met de vut ging. "Minuten. We reden toen nog met een tachograaf die de uren bijhield, die viel wel eens stil."
Bekijk hier een fragment uit een eerdere reportage over de A50:
Hoe de N50 de A50 werd
Soms 'gooide' hij de truck voor het verkeer op de N50 als hij een gaatje zag, weggebruikers móesten dan wel stoppen. "Of collega's knipperden en lieten je voorgaan. Je kwam anders bijna de weg niet op."
Put reed voor de papierfabriek. "Toen de verdubbeling van de weg erdoor kwam, heeft de industrie nog geprobeerd een afslag Eerbeek te krijgen. Maar dat is nooit gelukt. Toen de verdubbeling er in 1988 uiteindelijk was, hebben we nog wel een keer aan een reportage meegedaan voordat de snelweg openging. Met drie vrachtwagens reden we door een muur van dozen heen."
Put met collega's op de nieuwe A50.
Put met collega's op de nieuwe A50. © Eigen foto
Een keer kon de beroepschauffeur met volle lading terug naar de fabriek voor een nieuwe oplegger, die was beschadigd. "Twee auto's hadden elkaar aangetikt, maar erachter zat een vrachtwagen die amper kon remmen. Ik moest toen het fietspad naast de N50 op. Ik reed maar 60 km/uur, maar de tegemoetkomende truck raakte me aan de zijkant. Dat is het heftigste dat ik daar heb meegemaakt."

Drie doden in een Volkswagenbusje

In ons land werd het dragen van de autogordel voorin op 1 juni 1975 wettelijk verplicht. Het leidde tot een enorme daling van het aantal doden in het verkeer. Hét ongeluk dat oud-politieman De Warle zich nog goed kan herinneren moet van voor die tijd zijn, denkt hij. "In ieder geval, ik vergeet dit nooit meer."
Hij vertelt over een ongeluk met acht inzittenden van een Volkswagenbusje, drie van hen (een man, vrouw en klein kind) overleefden een botsing tegen een boom niet. "Het ging om Molukkers, ze kwamen terug van een bruiloft. De bestuurder verloor de macht over het stuur."
Korte tijd later ging bij De Warle de telefoon. "Het was de aulabeheerder van het ziekenhuis in Arnhem. Ik moest meteen komen. Want er stonden wel tachtig mensen die de slachtoffers wilden zien. Het was voor hen normaal dat zij de doden verzorgden, maar we konden ze niet binnenlaten. 'Ik weet niet wat ik ermee aan moet', zei de beheerder. We hebben toen uren als brugman gepraat. Uiteindelijk kregen we kleding voor de overledenen en zijn de mensen weggegaan."
De verdubbeling in 1988 was een zegen voor de vrachtwagenchauffeurs, besluit Jan Put. "We wonnen heel veel tijd, al ging het omhoog bij Terlet aanvankelijk niet zo hard. Pas toen de motoren zwaarder werden reed het een beetje lekker door."