We eten steeds minder aardappels: dit moet je weten als je voor het schap staat

Esther en Frank gaan langs bij akkerbouwsocioloog Sigrid Wertheim-Heck van de Wageningen Universiteit. Zij beantwoordt al hun vragen.

"Dat zijn we nog wel want wij eten nog steeds per persoon best veel aardappelen", legt Wertheim-Heck uit. "We eten zo'n 80 kilo aardappels per persoon per jaar. Dat is nog steeds veel in vergelijking met andere landen. We behoren nog steeds tot de top wat betreft aardappeleters wereldwijd. Maar we eten ze wel steeds minder."

"Eigenlijk alles wat we in Nederland produceren, wordt wel gegeten in ons land. Dan hebben we het wel over de voedselgewassen, want we produceren natuurlijk ook veel veevoer. Maar je ziet met name bij de groenten dat we er gewend aan zijn geraakt dat we iedere dag dezelfde keuze hebben. Het maakt niet uit welke maand van het jaar, iedere dag liggen de schappen van de supermarkt weer voorspelbaar vol."

"We weten niet meer wanneer we een product uit eigen land eten en wanneer uit het buitenland", vervolgt ze. "Consumenten zien dit veelal niet, ook al staat het op een verpakking. Vaak wordt het ook niet vermeld bij de producten. Ga maar eens naar de markt daar is vaak niet veel bekend over de achtergrond van de producten."

"Gewoon omdat het kan. We zijn heel goed geworden in het transporteren en bewaren van groenten. De houdbaarheid van producten is heel erg verlengd doordat we goed zijn in de logistiek en goede koeling. Daarmee is de wereld opengegaan. Door de mogelijkheden en die wenselijkheden naar buitenlandse producten is het zo ontstaan dat we het maar normaal vinden dat iedere dag alles in de schappen ligt."

"Eigenlijk is het voedsel dat van dichtbij komt vaak al minder belastend. Dan is het nog wel belangrijk dat consumenten leren om ook lokale keuzes te maken. We bepalen als consument niet of het product in de winkel komt. Maar als we het niet kopen, dan verdwijnt het wel weer uit het schap."