Stedendriehoek
Schrijver Bas Steman dook in de jeugd van zijn opa en oudooms

APELDOORN - "De oorlog? Ik heb nooit meer zo lekker gegeten als toen." Dit soort verhalen hoorde de Zutphense schrijver Bas Steman als het op familiefeesten over de Tweede Wereldoorlog ging. En het is ook waar, want zijn opa en oudooms leefden op het platteland bij Apeldoorn en maakten strooptochten waardoor er onder meer konijn en kip op tafel kwam. Maar Steman ontdekte dat hier veel meer verhalen achter schuil gingen. Geïnspireerd door zijn familiegeschiedenis schreef hij zijn nieuwste boek: De Lafaard.
"Als puber zie je je opa en oma soms als saaie oude zeikerds. Maar zodra je ouder wordt, denk je wat kan ik veel van ze leren", vertelt Steman in De Week van Gelderland.
"Ik wilde een goed gesprek voeren met mijn opa, voordat hij de aarde zou verruilen voor de hemel. Over hoe hij mijn oma ontmoette, over hun eerste zoen. Maar toen ik aankwam, bleek dat hij zijn zus en zwager ook had uitgenodigd. Het werd een groepsgesprek. En voor mijn camera ontspon zich een gesprek met drie familieleden die in de negentig waren."
"Ze maakten alle drie de oorlog mee, maar wisten niet precies van elkaar hoe ze het beleefd hadden. Er werd altijd overheen gekletst, vooruit werken, niet achterom kijken. Ik zag opeens een andere kant van mijn markante familieleden. En dat ik hier iets mee kon doen, maakte me zielsgelukkig in mijn hoofd."
Kijk hier het gesprek met Bas Steman in De Week van Gelderland terug:
Bas Steman vertelt over zijn nieuwste boek De Lafaard
Het hoofdpersonen in het boek De Lafaard, zijn twee broers die in een boerderij in Anklaar wonen, nu een Apeldoornse wijk, vroeger een buurtschap. De broers hebben van alles meegemaakt in de oorlog, maar de verhalen worden verzwegen.
Een van de personages vertelt grote verhalen over hoe hij met de buks klaarstaat als er iemand het erf oploopt en achter die verhalen blijken pijnlijke oorlogsherinneringen te zitten. Herinneringen die een leven lang blijven doorwerken.
Dichterbij familie
De Lafaard is het zesde boek van Steman. Toch blijft het uitbrengen van een boek spannend. "Ik zou bijna zeggen, ik schijt bagger. Ik vergelijk het altijd met bijna naakt een stadion inlopen en dat iedereen dan mag zeggen wat hij van je vindt. Ik ga direct twijfelen, heb ik alles wel goed opgeschreven? Je bent een tijd lang op je eigen vierkante meter bezig geweest en nu is het uit je handen."
Hoe spannend ook. Het schrijven van dit boek heeft Steman dichterbij zijn familie gebracht. "Ik ben alle oorlogsarchieven van Apeldoorn ingedoken, er is daar ontzettend veel gebeurd, het lag op de route van de bomvluchten, het verschrikkelijke leeghalen van het Apeldoornsche Bos, Deelen ligt vlakbij, er waren razzia's."
"Ik heb postuum de verhalen van mijn opa en oudooms en -tantes op kunnen tekenen. De echte verhalen, de angst. De twee broers in het boek zijn opgebouwd uit meerdere van mijn familieleden. Ik heb achter mijn schrijftafel hun jeugd meegemaakt."