Achterhoek

Als ik een eeuwenoude schat vind, mag ik die dan houden?

'Goudzoekers' met metaaldetectors in actie tijdens een georganiseerde zoekdag.
'Goudzoekers' met metaaldetectors in actie tijdens een georganiseerde zoekdag. © ANP, archief
BRONKHORST - Het zal je gebeuren: ben je aan het klussen in huis of de tuin aan het omspitten, vind je opeens een enorme schat. In Bronkhorst had een bouwvakker dat geluk. Hij vond veertien gouden en achttien zilveren munten onder de vloer van een monumentaal huis. Maar wat moet je doen als je zo’n schat vindt? En van wie is-ie dan eigenlijk?
In de archeologie wordt de ontdekking in het Achterhoekse stadje een ‘toevalsvondst’ genoemd. Dat betekent dat de schat niet is gevonden bij officieel archeologisch onderzoek. “Vaak zie je dat de vondst wordt gedaan door iemand die met een metaaldetector op het land van de buurt gaat 'swaffelen' en dan wat vindt”, vertelt Maarten Wispelwey, regioarcheoloog op de Noord-Veluwe.

Verplicht om te melden

In de wet is vastgelegd dat je zulke vondsten moet melden bij de minister, zegt hij. “Dan gaat het om vondsten waarvan je redelijkerwijs kunt vermoeden dat ze archeologische waarde hebben. Dan zegt de wet dat je je moet melden bij de Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed.”
De eeuwenoude muntschat die werd gevonden in Bronkhorst
De eeuwenoude muntschat die werd gevonden in Bronkhorst © ANP, archief
Je moet de vondst zes maanden beschikbaar houden voor wetenschappelijk onderzoek. “De minister neemt vaak de mogelijkheid om de schat te onderzoeken, bijvoorbeeld door het terrein waar de vondst is gedaan twee maanden te reserveren voor archeologisch onderzoek.”
Als voorbeeld wijst hij op het grootschalige onderzoek na de vondst van hobby-archeologen in het Overijsselse Ootmarsum. Zij vonden in een natuurgebied gouden en zilveren munten en sieraden met hun metaaldetector. Uit verdere opgravingen bleek het om een offerplaats uit de zevende eeuw te gaan.

Op Marktplaats

Dat je verplicht bent om een toevalsvondst te melden, wil niet zeggen dat het ook altijd gebeurt. “Je ziet weleens dat de zaken gelijk verkocht worden. Dan wordt het bijvoorbeeld op Marktplaats gezet. Dat is natuurlijk funest voor de archeologie. We zien natuurlijk liever dat het wordt tentoongesteld in het museum”, aldus Wispelwey.
“Zo heeft iedereen wat aan het verhaal. Als archeoloog loop je weleens in lunchtijd over een akker. Als je dan wat vindt, neem je het mee naar huis en laat je het aan al je vrienden en kennissen zien. Vervolgens staat het te verstoffen op de schoorsteenmantel. Gelukkig gebeurt het heel vaak dat toevalsvondsten worden geschonken aan musea.”

De helft voor de vinder, de helft voor de grondeigenaar

Wat als de vondst heel waardevol is? In Bronkhorst ging het om munten die nu zo’n 15.000 euro waard zijn. Ook hier is de wet weer heel simpel, zegt Wispelwey. “De helft van de waarde van de vondst is voor de vinder, de andere helft voor de eigenaar van de grond.”
Volgens regioarcheoloog Wispelwey is het niet zo vanzelfsprekend dat een bouwvakker die iets in huis vindt, ook de helft van de opbrengst krijgt. “Stel dat hij een schilderij van Van Gogh achter de muur vandaan trekt, dan is het nog maar de vraag. Wat dat betreft zijn de regels interpretabel, ja.”
Bovendien gaat het om de helft van de waarde, niet om de helft van de schat. “Je gaat niet zeggen: jij krijgt twintig munten en ik krijg twintig munten. Je moet de schat daarvoor eerst verkopen.”
Gevonden in Bronkhorst: een munt met daarop de afbeelding van Filips II.
Gevonden in Bronkhorst: een munt met daarop de afbeelding van Filips II. © ANP, archief
In het geval van de vondst in Bronkhorst, bracht de gemeente uitkomst door de schat over te nemen. “Die heeft gezegd: we wachten de taxatie af en dan keren wij de vinder en de eigenaar ieder de helft uit”, zegt archeoloog Michel Groothedde van de gemeente Zutphen.
Fiftyfifty, dus. “Of het geld dan voor de bouwvakker is of voor de aannemer waarvoor hij werkte, is een discussie die ze zelf moeten voeren”, vult Wispelwey aan.
En nabestaanden dan, hebben die nog ergens recht op? “Het gebeurt eigenlijk nooit dat die worden opgespoord. Het is ook heel moeilijk om als nabestaande aan te tonen dat jouw voorvader de munten onder de vloer heeft verstopt. Bovendien: als het huis is verkocht, gaat niet alleen het behang mee, maar ook de schat. Als je het vergeten bent mee te nemen, dan is dat jammer.” Voor oorlogskunst of koloniale schatten gelden wel andere regels.
Dit soort verhalen geven kleur aan het leven
Volgens de archeologen is de vondst in de woning aan de Bovenstraat in Bronkhorst uniek. Groothedde heeft zoiets ‘in dertig jaar nooit meegemaakt’. “Je vindt weleens een gouden ring met een naam erin in het bos, maar zo’n muntschat is echt zeldzaam”, zegt Wispelwey. “Misschien dat zoiets één keer per jaar voorkomt. Dit soort verhalen geven kleur aan het leven.”