Waarom zou je als gezonde 35-minner een boosterprik halen?

Hoe jonger, hoe kleiner de kans dat jij met een coronabesmetting in het ziekenhuis belandt. Dat is al langer bekend. Ook vaccins werken over het algemeen beter bij jongeren dan bij ouderen. Dus wie jong is en al twee prikken heeft gehad, twijfelt nog wel eens over het nut van een boosterprik.

De eerste vaccinaties werken, volgens de laatste cijfers van het RIVM van eind december, in deze leeftijdsgroep ook nog steeds voor 95 procent tegen ziekenhuisopname. En dan word je ook nog eens minder ziek van de omikronvariant. Dus waarom zou je een oppepper nodig hebben?

Volgens Alma Tostmann, epidemioloog van het Radboudumc in Nijmegen, ligt de winst van een boosterprik bij jongeren niet per se bij het individu, maar bij de bevolking als geheel. "De noodzaak van bescherming voor jezelf is evidenter bij hogere leeftijdsgroepen, bij de lagere speelt meer mee of je de besmetting doorgeeft."

Een booster krikt de bescherming tegen een omikronbesmetting mét klachten weer op, van 0 tot 60 procent, blijkt uit data uit Engeland. Juist besmettingen met klachten geef je het snelst door, dus hoe minder van dat soort infecties, hoe minder het virus zich verspreidt. "Of je dat de moeite waard vindt om een booster te halen, is persoonlijk. Met name als jij in je omgeving mensen hebt die kwetsbaar zijn, is dat een persoonlijke reden om te vaccineren."

Andreas Voss, hoogleraar infectiepreventie van het CWZ in Nijmegen beaamt dat het uitzonderlijk is als een jongere in het ziekenhuis belandt. "Maar die uitzonderingen worden wel zichtbaar in de ziekenhuizen als er zo veel mensen tegelijk besmet raken. Jongeren hebben inderdaad een veel lagere kans om in het ziekenhuis te komen, maar we hebben nog helemaal geen inzicht in de langere termijneffecten van omikron, bijvoorbeeld rond long covid."

"Juist nu de maatregelen gedeeltelijk worden losgelaten en je een toenemende circulatie van het virus verwacht, lijkt mij dit een goed moment om de booster te nemen. Zeker gezien het feit dat wij nog te weinig weten over de langetermijngevolgen van omikron."

Volgens hoogleraar immunologie aan de Wageningen University en Research (WUR), Huub Savelkoul, moeten we ons niet blindstaren op de veelgenoemde, verminderde antistoffen. "Naast die focus op antistoffen is juist de T-cel-immuniteit belangrijk. Op de lange termijn geeft dat veel betere bescherming dan antistoffen. Die verdwijnen nou eenmaal. T-cellen overleven veel langer, dus op de langere termijn heb je daar meer aan."

"Daarbij herkennen T-cellen stukjes van het virus, onafhankelijk van de variant van het virus. Elke booster die je geeft, of dat nou met een vaccinatie is of infectie, pept die T-cel-immuniteit op, waardoor je langdurige bescherming krijgt en ook tegen meer verschillende varianten. Het is voor jonge mensen dus vooral op de langere termijn relevant."