Stedendriehoek

Hoe komt dat duistere steegje in Apeldoorn aan zo'n koninklijke naam?

APELDOORN - De Ridders van Gelre geven elke week antwoord op lokale geschiedenisvragen en vertellen het verhaal over zichtbare sporen in het landschap, gebouwen of straatmeubilair. Dat doen ze op plekken waar je elke dag voorbij komt en waarvan je je afvraagt: "Wat is dat eigenlijk, waarom bevindt zich dit hier en hoe oud is het?" Deze week de Prinsengang in Apeldoorn.
Het is een onooglijk steegje van hooguit tachtig meter lang, tussen de Deventerstraat en het Raadhuisplein in het centrum van Apeldoorn. Een duistere gang, met sigarettenpeuken op de grond en graffiti op de muren. Er komen wat achterdeuren op uit en het stinkt er. Toch draagt het de koninklijke naam Prinsengang, hoe zit dat?

Eigen ingang

Daarvoor moeten we zo'n 200 jaar terug de geschiedenis in. Tot halverwege de 19de eeuw bezocht de koninklijke familie op zondag de Oude Mariakerk op het Raadhuisplein. In die kerk kwamen ook gewone Apeldoorners en het was natuurlijk niet de bedoeling dat die te dicht in de buurt van de koninklijke familie kwamen. Daarom had de koning afgezonderde zitplaatsen en een eigen ingang in de kerk.
Vanuit Paleis het Loo reed de familie met een koetsje naar het centrum. Ze stapten uit op de huidige Deventerstraat en liepen via een paadje naar de Oude Mariakerk, een wandelingetje van zo'n 100 meter. Dit pad werd in de volksmond de Prinsengang genoemd, waarschijnlijk naar de drie zonen van koning Willem II: Willem, Alexander en Hendrik. In 1915 werd de steeg ook officieel omgedoopt tot ‘Prinsengang’ en zo heet-ie nog steeds.
Lijnen in de bestrating van het Raadhuisplein geven de contouren van de Oude Mariakerk aan.
Lijnen in de bestrating van het Raadhuisplein geven de contouren van de Oude Mariakerk aan. © Omroep Gelderland
Het gerucht gaat trouwens dat Prins Hendrik, de echtgenoot van koningin Wilhelmina, via deze steeg ongezien via de achteringang café Het Oude Huis bezocht en dat de steeg daarom Prinsengang heet, maar daarvoor is geen bewijs.

Contouren kerk in bestrating

De Oude Mariakerk bestaat overigens al lang niet meer. Koning Willem II liet vanaf 1835 een nieuwe kerk bouwen aan het begin van de Loolaan, dichter bij Paleis het Loo, zodat de koninklijke familie op zondag niet meer helemaal naar het centrum van Apeldoorn hoefde te reizen. Deze Grote Kerk of Koninginnekerk was in 1842 klaar en de bouwvallige Oude Mariakerk werd afgebroken om plaats te maken voor een nieuw raadhuis en een marktplein.
Het enige dat nog aan de Oude Mariakerk herinnert, zijn de koperkleurige lijnen in de bestrating, die de contouren van de kerk aangeven. Onder de grond ligt nog wel de fundering, een goed weggestopt Rijksmonument. Van de inboedel zijn alleen het orgel en een 12de-eeuws zandstenen doopvont bewaard gebleven. Het orgel staat in de dorpskerk van Beekbergen, het doopvont in het CODA Museum.
Bekijk de video over het duistere steegje:
Hoe komt dat duistere steegje in Apeldoorn aan zo'n koninklijke naam?

Ridders van Gelre is het geschiedenisplatform van Omroep Gelderland. We brengen het laatste nieuws over de Gelderse historie en organiseren elke zaterdagochtend een exclusieve rondleiding voor onze volgers op bijzondere locaties. Volg ons ook op Facebook en Instagram.