Soldaten van Market Garden ook begraven in Vorden, en dat kwam zó

Wout Dekkers is één van de initiatiefnemers. Hij vindt dat de geallieerde soldaten die in Vorden begraven liggen, een gezicht verdienen. "Voor Vorden is het heel erg lang onduidelijk geweest wie het precies waren en wat hun verhaal is. In onze zoektocht kwamen we in contact met Apeldoorner Ruud Kreling en die wist ons veel meer te vertellen over de soldaten."

"Het zijn twee parachutisten die in september 1944 in Oosterbeek zijn gedropt. Omdat ze gewond waren, zijn ze opgepakt en zijn ze op transport gesteld naar Apeldoorn", zo vertelt Dekkers het verhaal. "Daar zaten ze in een interneringskamp en het was de bedoeling dat ze naar Duitsland afgevoerd zouden worden. Op een gegeven moment zijn ze op de trein gezet richting Duitsland. Net voorbij de brug bij Deventer - in de buurt van Lochem - hebben ze een poging ondernomen om uit de trein te springen en dat is ook gelukt."

Bussel en Cambier waren niet de enigen die ontsnapten uit de trein. "Ze zijn gevlucht en ondergedoken geweest in de buurt van Lochem. De Duitsers wisten ze toch weer op te pakken en uiteindelijk zijn ze in Vorden terechtgekomen bij de SS-führer Heinemann, die op 't Selsham in Vorden zat. Die heeft ze ondervraagd en op 2 oktober 1944 zijn ze in de tuin van 't Selsham gefusilleerd."

We wisten een heel klein beetje over deze twee mannen, maar zo veel als we nu weten, dat heeft Vorden nooit geweten, aldus Dekkers. "De mannen hebben eerst begraven gelegen op 't Selsham. Later zijn de lichamen van Bussell en Cambier opgegraven, maar ze waren op dat moment niet te identificeren."

Als onbekende soldaat zijn ze naar de Algemene Begraafplaats in Vorden gebracht. Aan de hand van kledingstukken konden beide mannen later worden geïdentificeerd en kregen zij een gezicht.