Nieuws

Hoeveel arbeidsmigranten in Gelderland wonen? Niemand die het weet

Arbeidsmigranten aan het werk in een kas in Zaltbommel.
Arbeidsmigranten aan het werk in een kas in Zaltbommel. © ANP
TIEL - Het blijft een raadsel hoeveel arbeidsmigranten in onze provincie wonen. De doorloop is hoog en soms blijven mensen helemaal uit beeld. Gemeenten willen er meer zicht op krijgen, om misstanden tegen te gaan. Maar dat is lastig.
Door corona was 2020 een jaar waarin arbeidsmigranten massaal terugkeerden naar hun thuisland, om later weer naar Nederland te komen. De lockdowns zorgden voor extra werk in de transportsector, bij distributiecentra en bij webwinkels.
Gemeenten waar veel arbeidsmigranten wonen of werken, zoals West Betuwe, Zaltbommel, Tiel, Apeldoorn en Ede, hebben beperkt zicht op hoeveel arbeidsmigranten daar precies wonen. Ze moeten het doen met schattingen.

Voor en na corona

Wat weten we wel? Uit recent onderzoek blijkt dat in 2019 grofweg 770.000 arbeidsmigranten in Nederland woonden. Na een dip vorig jaar schat onderzoeksbureau Decisio op basis van gesprekken met betrokkenen dat het er inmiddels 700.000 zijn. Begin volgend jaar wordt de balans opgemaakt.
Een groot aantal mensen staat niet ingeschreven bij een gemeente. Dat maakt het lastig hen te traceren. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) stonden in 2019 ruim 145.000 mensen bij een gemeente ingeschreven. Dat is fors lager dan de 770.000 die er in Nederland woonden.
Kijk hier hoeveel arbeidsmigranten er waren ingeschreven in jouw gemeente:
Voor een deel is dat te verklaren: velen komen hiernaartoe met een tijdelijk contract. Wie korter dan vier maanden in ons land is, kan zich niet inschrijven bij een gemeente. Zij komen terecht in de Registratie Niet-Ingezetenen (RNI). In 2019 ging het om een kleine 290.000 mensen.
Het uitzendbureau regelt meestal de inschrijving, zodat werknemers een BSN-nummer krijgen. Dat heb je nodig, wil je hier uitbetaald krijgen.

Afhankelijk en kwetsbaar

Arbeidsmigranten reizen veel rond; als hun contract afloopt, zoeken ze iets anders. En dan raken ze uit zicht. Ze wonen nu in Zevenaar, dan in Tiel om over een paar maanden in Venray neer te strijken. "Mensen worden tijdelijk in dienst genomen, want wie ergens te lang werkt, bouwt rechten op. En dus gaan arbeidsmigranten van werkgever naar werkgever", legt Tony van Brecht van vakbond FNV uit.
Doordat huisvesting en zorgverzekering vaak via het uitzendbureau zijn geregeld, worden mensen afhankelijk en kwetsbaar, vindt hij. Daarom pleit hij ervoor bed en baan te scheiden.
Ook wil hij een betere registratie bij de gemeenten. Want wie daar staat ingeschreven, krijgt meer controle over zijn eigen leven. "Dat kan ook", zegt Van Brecht, "als mensen niet steeds worden verplaatst."

Wonen in Tiel, werken bij de buren

Daar is wethouder Nees van Wolfswinkel van Neder-Betuwe het mee eens. Hij is voorzitter van een groep gemeenten in het Rivierenland die samen optrekt als het gaat om arbeidsmigranten. Zo maken ze afspraken met uitzendbureaus over de huisvesting en arbeidsvoorwaarden.
Van Wolfswinkel schat dat zijn gemeente inmiddels 60 procent in beeld heeft. Het is niet gemakkelijk: op papier zijn het er soms enkele honderden, in werkelijkheid kan het om het tienvoudige gaan. "Tiel is een goed voorbeeld", vertelt hij. "Daar wonen naar schatting 4000 mensen, hoewel er voor misschien 500 van hen werk is."
Tekst loopt door onder de foto.
Nees van Wolfswinkel, wethouder in Neder-Betuwe
Nees van Wolfswinkel, wethouder in Neder-Betuwe © Omroep Gelderland
Een 'waterbedeffect' noemt de wethouder dat: als ze hier niet terecht kunnen, wijken ze naar een buurgemeente uit. Juist daarom werken gemeenten in het Rivierenland samen.

Belasting per nacht

Een manier om mensen in beeld te krijgen, is het nachtregister. Wie op plek A woont, maar op plek B werkt en niet staat ingeschreven, betaalt verblijfsbelasting. Uitzendbureaus houden het register bij. In Neder-Betuwe is het zelfs verplicht.
Als arbeidsmigranten zich bij de gemeente inschrijven, dan hoeven ze die belasting niet meer te betalen. Dat betekent wel dat uitzendbureaus hun mensen langer in dienst moeten nemen. Van Wolfswinkel: "Ik heb het idee dat dat ook beter gaat. Steeds vaker zie ik mensen die zich hier komen inschrijven."
Tekst loopt door onder de foto.
Een omgebouwd kantoor in Zevenaar is nu een hotel voor arbeidsmigranten.
Een omgebouwd kantoor in Zevenaar is nu een hotel voor arbeidsmigranten. © Omroep Gelderland
Van Brecht hoopt dat gemeenten in de toekomst eens nadenken voordat ze weer een groot distributiecentrum binnenhalen. "Dan staan ze allemaal te springen, maar over de vraag 'waar gaan we het personeel huisvesten' denken ze niet na."

Slapen in tenten

Willem Weggeman beaamt dat. Hij is directeur van huisvester Homeflex. "Als je als gemeente die vergunning geeft voor een logistiek centrum, dan wéét je dat daar geen Nederlanders gaan werken." Het bedrijf van Weggeman bouwt en beheert woonlocaties voor arbeidsmigranten. De nood is hoog, erkent hij. "Ik ken gerenommeerde bedrijven die hun werknemers momenteel zelfs in tenten laten slapen.”
Bij een tekort aan woningen is het de arbeidsmigrant die aan het kortste eind trekt. Uit cijfers blijkt dat slechts 14 procent van de laaggeschoolde arbeiders uit Oost-Europa blij is met de huisvesting, 40 procent beoordeelt het duidelijk als negatief.

Wel de lusten, maar die lasten...

Arbeidsmigranten waren in 2019 goed voor 15 miljard van ons Bruto Nationaal Inkomen, berekende huisvester KAFRA Housing. De economie zou deels stilvallen als zij het werk neerleggen. Want het gaat allang niet alleen meer om seizoenswerk in de kassen en op het land. De meerderheid werkt in de logistiek (44 procent), tuinbouw staat op de tweede plek.
Tekst loopt door onder de graphic.
In deze sectoren werkten arbeidsmigranten in 2019.
In deze sectoren werkten arbeidsmigranten in 2019. © Cijfers: CBS/KBA, graphic via ABU/NBBU
Niet alleen mannen komen hiernaartoe, een derde is volgens het CBS vrouw. Polen vormen nog altijd de grootste groep en steeds meer mensen geven aan in Nederland te willen blijven.
Ambtenaar Mimi Stevens van de gemeente Barneveld ziet dat het aantal inschrijvingen daar langzaam toeneemt. "Mensen blijven langer in Barneveld", legt zij uit. "Dat komt waarschijnlijk omdat we hier weinig seizoensarbeid hebben. De mensen werken in de logistiek, productie- of metaalsector.”
Barneveld kwam met beleid voor huisvesting, zoals steeds meer gemeenten dat doen. Alleen de uitvoering blijkt vaak lastig. De komst van een Polenhotel gaat dan ook zelden zonder slag of stoot.
Tekst gaat verder onder de graphic.
Arbeidsmigranten in Nederland in 2019.
Arbeidsmigranten in Nederland in 2019. © Cijfers CBS/KBA, graphic via ABU/NBBU
Volgens Stevens is de wil er in haar gemeente: daar zijn ze druk in gesprek met uitzendbureaus en huisvesters. In West Betuwe geeft de gemeente aan haar best te doen. Maar een project voor twee woontorens werd toch even in de ijskast gezet: de politiek gaat er met een speciale werkgroep eerst nog een keer naar kijken.
Ook daar is de nood hoog: zo'n 1400 arbeidsmigranten wonen in de gemeente, maar 2500 mensen hebben er een baan. In het pluk- en oogstseizoen komen daar nog eens 2000 arbeiders bij.

'Azc in het achterhoofd'

Waarom blijft die huisvesting dan achter? Van Wolfswinkel: "Geldermalsen (gemeente West Betuwe, red.) heeft nog wat te kampen met het verleden, met die problemen met het azc. Veel mensen scheren dat over één kam. Dat vind ik niet terecht."
In Ede wil het college in de buurtschap Deelen onderdak bieden aan 400 arbeidsmigranten én 200 asielzoekers. De omgeving staat daar op de achterste benen, die vindt zulke aantallen disproportioneel. De gemeente vindt het juist geschikt: er hoeft weinig aan gedaan te worden en het is ruim opgezet.

'Ga iets doen!'

Wat gemeenten willen voorkomen, zijn ondernemers die huizen opkopen en die verhuren. "Dat verstoort de woningmarkt", zegt Van Wolfswinkel. Willem Weggeman vult aan: "Dan woont er acht man in een woning, dat geeft parkeerproblemen. Je krijgt overlast, omdat mensen buiten in de tuin een jointje roken en wat drinken. En een Poolse barbecue lijkt voor de buren ook altijd net meer te stinken dan die van een Nederlander.”
Toch verhuurt ook zijn bedrijf huizen in woonwijken. Weggeman: "Die geef ik het liefst terug aan de markt. Maar dan moet ik wel wooncomplexen kunnen bouwen. Wij kunnen het probleem oplossen en gemeenten hebben echt wel grond ter beschikking. Dus ga iets doen!"