Nieuws

Oog in oog met je familie: slavenregisters Curaçao online

Een pagina uit de slavenregisters.
Een pagina uit de slavenregisters. © Omroep Gelderland
NIJMEGEN - Op 17 augustus komen de slavenregisters van Curaçao online. Daarmee kunnen nakomelingen van tot slaaf gemaakten, maar ook Gelderse families die slaven bezaten, hun geschiedenis terugzoeken. Historicus Coen van Galen van de Nijmeegse Radboud Universiteit staat aan de wieg van dit bijzondere project.
De oermoeder van Nadine van Maasakker-Robertus woonde in 1849 aan de westkust van Curaçao. Ze was wasvrouw of hoedenvlechter en heette Christina Leito. Dat is ongeveer alles wat Nadine weet. Waar kwam ze vandaan? Was ze vrij of slaaf? En wie was haar moeder? Dat wil Nadine, die in Curaçao geboren is en in Nijmegen woont, graag óók weten.
Bekijk de beelden. De tekst gaat eronder verder.
Oog in oog met je familie: slavenregisters Curaçao online
In het gebied waar haar voormoeder woonde, lag ook de beroemde Plantage Knip. Daar brak in 1795 een grote vrijheidsstrijd uit, geleid door slaaf Tula. Op 17 augustus weigerden hij en een groep slaven een collectieve straf uit te zitten en trokken naar Willemstad. Nu herdenkt Curaçao op die dag het slavernijverleden. Stond Nadine's oermoeder aan hun zijde?
Precies 225 jaar later komen al die namen in de Curaçaose slavenregisters online. Historicus Coen van Galen heeft in samenwerking met het Nationaal Archief van Curaçao de oude boeken bladzijde voor bladzijde gedigitaliseerd. Vanaf maandag zijn ze voor iedereen te raadplegen op de websites van de Nationale Archieven van Curaçao en Nederland.

Op ontdekkingstocht

"In geen enkele kolonie werd het slavenbezit zo gedetailleerd bijgehouden als in de Nederlandse kolonies Curaçao en Suriname", zegt van Galen. 13.000 namen van mensen in slavernij staan er in krullende letters op vergeeld papier. Te lezen is wie hen bezat, en wie hen vervolgens kocht. "In het register kan je mensen van dag tot dag volgen." 
Dat geldt niet alleen voor de tot slaaf gemaakten, maar ook voor de eigenaren. "Je komt Nederlandse achternamen tegen als familie De Veer of De Haas. Het is echt een persoonlijke ontdekkingstocht.”
Eerder digitaliseerde van Galen met zijn team de slavenregisters van Suriname. "Terwijl mensen in slavernij in Suriname vaak binnen de landsgrenzen bleven, werden ze op Curaçao vaker doorverkocht naar andere eilanden, of naar Venezuela." Dat zie je terug in de boeken: namen zijn doorgestreept, en duiken later weer op als ze weer worden 'ingevoerd'. Curaçao was vooral een doorvoerhaven.

Gezamenlijk verleden

Voor Van Galen is het digitaliseren van deze pagina's een bijzonder project. "Het maakt zoeken naar voorouders eenvoudiger, maar het is ook gewoon ons gezamenlijke verleden", zegt hij. “Het zijn namen van gewone mensen die opeens in de bizarre situatie kwamen dat ze iemands bezit werden.”
De huidige, verhitte discussie over ons slavernijverleden en over racisme wordt vaak vanuit de onderbuik gevoerd, zegt hij. “Ik wil op zoek naar de feiten, ik wil weten hoe het echt geweest is.” Als samenleving moet je naar die feiten durven kijken en erover kunnen praten, zegt Van Galen.
Zo ontdekte hij dat het verleden veel complexer is dan ‘witte schurken en zwarte slachtoffers’. “Slavernij was de realiteit waarin men toen leefde. Een tot slaaf gemaakte die vrijkwam, kocht vervolgens soms zelf een slaaf.” Of een oude, zwarte kinderjuf kreeg een slaafje mee voor haar oude dag. Veel mensen op Curaçao hebben zo familieleden aan beide kanten, legt hij uit. “Voorouders die in slavernij waren én voorouders die slavenhouder waren.”

Schadevergoeding van 200 gulden

Bijzonder aan de Nederlandse documenten uit Curaçao zijn de emancipatieregisters: lijsten met namen van slaven die op 1 juli 1863 vrijkwamen, toen de slavernij officieel werd afgeschaft. Op Curaçao ging het om bijna 7.000 mensen. Per slaaf kreeg de slaveneigenaar 200 gulden schadevergoeding van de Nederlandse regering. De tot slaaf gemaakten zelf kregen niets. 
"Slavernij is een veelkoppig monster", zegt van Galen. “Het is een arbeidssysteem waaraan je bijna niet meer kunt ontsnappen als je het hebt ingevoerd. Teveel invloedrijke mensen hebben er profijt van.” Je dwingt mensen tot gratis arbeid, iets dat alleen kan als je mensen minderwaardig maakt. Achteraf kan je die periode als samenleving onderzoeken, en je moet er met elkaar over praten, zegt hij.

Op zoek

Dat zegt ook Nadine van Maasakker-Robertus. "Slavernij is niet zomaar ontstaan. Aan dat systeem is hard gewerkt.” Het is een pijnlijk verleden, maar wel óns verleden, zegt ze. "Hoe harder je ervoor wegrent, hoe harder het uiteindelijk terugkomt. We moeten als samenleving toch samen verder."
Nadine weet wel wat zij gaat doen, zodra de registers online staan. "Ik ga op zoek naar Christina Leito, en hoop meer te ontdekken over haar en mijn familie. Ik hoop ook dat anderen hetzelfde gaan doen."