Nieuws

Iemand overlijdt tijdens een aanhouding, wat gebeurt er dan?

Als iemand overlijdt tijdens een aanhouding, wordt dat altijd onderzocht door de Rijksrecherche. Daarbij wordt naar alles gekeken wat tot de dood heeft geleid. Dat zegt politiewetenschapper Jaap Timmer van de Vrije Universiteit Amsterdam naar aanleiding van het drama in Wageningen. Daar overleed woensdag een bewoner van een zorginstelling tijdens zijn aanhouding. © Omroep Gelderland
WAGENINGEN - Als iemand overlijdt tijdens een aanhouding, wordt dat altijd onderzocht door de Rijksrecherche. Daarbij wordt naar alles gekeken wat tot de dood heeft geleid. Dat zegt politiewetenschapper Jaap Timmer van de Vrije Universiteit Amsterdam naar aanleiding van het drama in Wageningen. Daar overleed woensdag een bewoner van een zorginstelling tijdens zijn aanhouding.
Over de exacte toedracht en omstandigheden rondom deze arrestatie doet de politie nog geen mededelingen, omdat het onderzoek nog loopt. Medewerkers zijn gehoord over hun mogelijke rol bij de dood van de 27-jarige bewoner en ook wordt er onderzoek gedaan naar het handelen van de politie rondom de aanhouding.
Wij vroegen Jaap Timmer naar de gebruikelijke procedure, en wet- en regelgeving in dit soort situaties. 'Als de politie ter plaatse wordt geroepen, is niet altijd duidelijk wat er aan de hand is', legt hij uit. De 'gevaarindicatie' is daarbij volgens Timmer belangrijk. 'Wie woont er? Zijn we daar eerder geweest? Dat bepaalt of je bijvoorbeeld kogelwerende vesten draagt.'

'Handhaven van de rechtsorde'

'De taak van de politie is het handhaven van de rechtsorde en het verlenen van hulp', vervolgt Timmer. Het lijkt volgens hem in dit geval om het eerste te gaan, aangezien deze persoon mensen verwond heeft. De 27-jarige bewoner verwondde namelijk twee medewerkers van de zorginstelling.
Vervolgens moet een agent beoordelen of iemand een verdachte is. 'Dat is iemand die vermoedelijk schuldig is aan een strafbaar feit. Maar als daar een persoon staat met een mes en gewonden, is dat voldoende om iemand als verdachte aan te merken.'

'Proportioneel en subsidiair geweld'

De agent beslist vervolgens over de aanhouding. 'En als iemand zich verzet of agenten aanvalt, mogen ze geweld gebruiken.' Dat geweld moet volgens Timmer wel 'proportioneel en subsidiair' zijn, oftewel in verhouding en de beste manier om het doel te bereiken. 'Kort na zo'n aanhouding gaat er dan een telefoontje naar de meldkamer van de politie. Dan komen er allerlei functionarissen ter plaatse.'
Maar het onderzoek komt in handen van de Rijksrecherche wanneer de verdachte ernstig gewond raakt of overlijdt tijdens de aanhouding, weet Timmer. 'Dat onderzoek kan één of twee maanden duren. Het Openbaar Ministerie beoordeelt vervolgens de dossiers en vormt zijn oordeel.'
Meestal is dat oordeel 'rechtmatig'. Maar als uit het onderzoek blijkt dat agenten een fout hebben gemaakt in hun handelen dan zijn ze volgens Timmer mogelijk persoonlijk verantwoordelijk voor mishandeling of doodslag. 'Maar dan moet opzet aantoonbaar zijn. En dat is doorgaans niet het geval.'
Er kan ook gekozen worden voor een 'disciplinaire maatregel', vertelt Timmer. 'Dat kan variëren van een schriftelijke waarschuwing tot ontslag.' Een schorsing van de betreffende agenten gedurende het onderzoek is volgens Timmer niet gebruikelijk. 'Wel wordt aan de betrokkenen gevraagd niet onderling te overleggen, om elkaar niet te beïnvloeden.' Ook kan het voor het eigen welzijn van de agent verstandig zijn om even 'in de luwte' te werken.

'Erg toegetakeld'

De ouders van de omgekomen Robert (27) mochten vrijdag voor het eerst zijn lichaam zien. Zijn vader zegt dat ze daar enorm van schrokken: 'Hij was erg toegetakeld. Zijn nek, borstkas en benen vertoonden blauwe plekken.'
Het was een tengere jongen, en zijn ouders vermoeden dat er buitensporig geweld is gebruikt om hem in bedwang te houden. Timmer wijst er daarbij op dat er is geprobeerd de man te reanimeren. 'Daar komen altijd blauwe plekken door en soms ook gebroken ribben. Ook door de gerechtelijke sectie ontstaan er bijvoorbeeld vlekken.' Dat hoeft volgens hem niet per se alleen door  geweld te komen.

Zie ook: