Nieuws
Uniek in Nederland: leerlingen met beperking op reguliere Nijmeegse school

NIJMEGEN - Ze komen er uit het hele land voor naar Nijmegen. Scholieren met een beperking die les hebben in het reguliere onderwijs, op het Dominicus college. Een concept zo uniek dat de eerste minister van gehandicaptenzaken er woensdag 5 februari voor naar de Waalstad komt.
Noa van Helvoirt (16) heeft cerebrale parese waardoor ze in een rolstoel zit en naar het speciaal onderwijs ging. Voor haar vervolgopleiding kreeg ze vmbo-advies. Maar op aanraden van haar revalidatie-arts liet zij zich verder testen en probeerde ze havo op de Monnikskap, een speciale afdeling op het Nijmeegse Dominicus college.
Bekijk de video. De tekst gaat eronder verder.
Uniek in Nederland: leerlingen met beperking op reguliere Nijmeegse school
Veel leerlingen met beperking onderschat
Noa van Helvoirt: 'Ik begon op de havo en vóór de kerstvakantie was het eigenlijk al duidelijk dat ik meteen naar het vwo moest.' Dit schetst het probleem dat er volgens afdelingshoofd Tom Groenenberg vaak ontstaat voor kinderen met een beperking: 'Veel leerlingen worden onderschat. Ze worden naar het speciaal onderwijs verwezen of blijven daar zitten. Terwijl ze veel meer kunnen. En dan moet je net het geluk hebben dat je een school als de onze vindt, waar je tot je recht kunt komen.'
Op de Monnikskap zitten momenteel 67 leerlingen met een beperking die deels lessen volgen met leerlingen van het reguliere Domincuscollege. Eén van de grote voordelen is volgens Noa dat je meer uitgedaagd wordt. 'Als ik naar het vmbo was gegaan had ik jaren verspild. Nu kan ik voor de lessen waarbij ik dat aankan gewoon mee in het tempo van het Dominicus.'
Denken in mogelijkheden
In andere vakken kunnen leerlingen op een lager tempo terecht bij de Monnikskap, maar volgens Groenenberg is het de bedoeling om de leerlingen met een beperking zoveel als mogelijk mee te laten draaien bij de reguliere lessen. 'Het is wetenschappelijk bewezen dat leerlingen die in contact komen met leeftijdsgenoten en zo regulier mogelijk hun gang kunnen gaan, het verste komen.'
En waar Noa wil komen blijkt wel tijdens de les Engels als haar medeleerling Daniël haar als oefening vraagt wat ze later zou willen doen. 'I would like to do sportsjournalism', glundert ze. 'Misschien zijn daarbij wel wat aanpassingen nodig', reageert Groenenberg op haar toekomstdromen, 'maar dat zijn we hier gewend. We denken vooral in mogelijkheden in plaats van beperkingen.'
Iedere dag drie uur onderweg
Noa heeft geluk dat ze in Berghem bij Oss woont, relatief dichtbij. Maar er is ook een jongen uit Limburg die iedere dag anderhalf uur heen en anderhalf uur terug moet reizen voor deze school. En er is zelfs een meisje uit Breda dat doordeweeks in een woongroep vlakbij school woont om hier les te kunnen volgen. 'Eigenlijk zou zo'n jong meisje niet van haar familie gescheiden moeten worden', vat Groenenberg het probleem samen.
De Monnikskap is nog een proef die deels betaald wordt door het ministerie van Onderwijs, maar Noa vindt dat er eigenlijk in iedere provincie zo'n school zou moeten staan. Tom Groenenberg die overleg voert met het ministerie is het roerend met haar eens. 'Ja, er zouden meer plekken in Nederland moeten zijn waar dit soort scholen komen.'