Nieuws
Eindexamen Nederlands: waar sein wei mee besig?

ARNHEM - Of het zo slecht is gesteld als in de kop boven dit artikel is de vraag.
Maar de kennis van eindexamenkandidaten wordt wel op een verkeerde manier getest. Dat zeggen hoogleraren en professoren van alle universiteiten in Nederland. Zij schreven een brandbrief. Ook professor Peter Arno Coppen van de Radboud Universiteit in Nijmegen ondertekende die brief. 'De maat is vol, het Cito (de maker van het examen, red.) slaat de plank mis.'
Probleem
Volgens de schrijvers van de brief is de manier waarop de kennis wordt getoetst op z'n zachtst gezegd discutabel. Zo worden meerkeuzevragen gebruikt terwijl er meerdere antwoorden mogelijk zijn. 'Stel je voor dat je bij het wiskunde-examen alleen maar hoefde te kiezen tussen A is 9, B is 10, C is 88 en D is 1, zonder uit te leggen hoe je aan je antwoord komt. Dat zou iedereen bizar vinden. Nou, zo gaat dat nu met Nederlands', zegt Marc van Oostendorp. De hoogleraar aan de Universiteit Leiden ondertekende de brief ook.
Taalvirtuoos Wim de Bie, bekend van het aloude duo Van Kooten en De Bie, maakte zich er maandagochtend op Twitter ook al druk om:
Het eindexamen Nederlands is A) beneden peil B) ondermaats C) verbijsterend slecht D) bij de wilde spinnen af.
— Wim de Bie (@wimdebie)
Trucje
Volgens Coppen geven docenten aan dat ze de leerlingen gewoon vertellen dat ze een trucje moeten toepassen. 'Ze vertellen de leerlingen dat ze gewoon moeten bedenken welk antwoord de vragenstellers het liefste hebben. Als ze dat trucje toepassen, geven ze vaak het goede antwoord.'
De maat is vol
Volgens Coppen is de maat vol. 'Het is niet de eerste keer dat er kritiek is op het eindexamen Nederlands. Scholieren nemen het examen volgens mij ook niet meer zo serieus en docenten leren leerlingen gemakkelijk het trucje. De kennis moet op een betere manier getoetst worden. Gelukkig zaten er al minder meerkeuzevragen in dan vorig jaar, maar dat zouden er nog minder moeten worden.'
Reactie ministerie
Het eindexamen wordt gemaakt door het College voor Examens. Dat doet dit in opdracht van het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen dat inmiddels heeft gereageerd:
'De eisen van het examen Nederlands worden opgesteld door leraren en hoogleraren. Het is goed dat andere hoogleraren Nederlands hun betrokkenheid tonen. We hebben kennisgenomen van de inhoud. Het College voor Examens gaat met ze in gesprek om te kijken hoe we hun input bij volgende examens kunnen gebruiken.'